woensdag 2 juli 2008

Teleurstelling op overleg over internationale bijdrage missie in Uruzgan

Tijdens een Algemeen Overleg over de situatie in Afghanistan heeft minister van Defensie Eimert van Middelkoop woensdag de punten nog maar eens herhaald die al ruimschoots bekend waren over wat de bondgenoten te bieden hebben in Uruzgan. Dat is niet veel.

De internationale troepenmacht in Afghanistan staat te springen om zeker 10.000 man versterkingen, maar al met al komen er niet meer dan een paar honderd extra soldaten naar de als extreem gewelddadig bekend staande provincie Uruzgan waar Nederland de leiding heeft.

Dat is de trieste optelsom van een ochtend overleg in het gebouw van de Tweede Kamer.

Van Middelkoop had niets nieuws te vertellen over de bijdrage die andere landen komen leveren en er ook niets aan toe te voegen. Ronduit teleurstellend was het dat er nog geen resultaten waren bereikt met Georgië, waar het meeste van werd verwacht.

Op vragen over burgerslachtoffers wilde hij en zijn collega Maxime Verhagen van Buitenlandse Zaken geen antwoord geven.

De minister verwees naar eerdere debatten, terwijl er juist zondag een belangrijk rapport van de VN verscheen over dramatische ontwikkelingen op dit vlak.

De minister liep het bekende rijtje daarom maar weer eens af van wat er te verwachten valt van de nieuwe partners in Uruzgan. Behalve de steun van Slowakije is het volgens waarnemers allemaal erg magertjes. Een boel tijd zal ongetwijfeld gaan zitten in vertaalwerk.

Een toename van de internationale bijdrage was juist de basis om eind november 2007 te besluiten om de missie in Afghanistan te verlengen.

Voor zover de veiligheidssituatie het toelaat wil Nederland de bijdrage aan de ISAF-veiligheidsmacht zelf wat verminderen. Dat was ook het plan van de verlenging.

Maar uit rapporten van militaire commandanten, de VN en hulporganisaties blijkt dat de veiligheidssituatie in Afghanistan ernstig aan het verslechteren is.

Resultaten
Van Middelkoop noemde het zelf: “Belangrijke resultaten die de komende maand zichtbaar worden.”. Hij somde een heel lijstje landen op en vertelde daarbij wat ze van plan zijn. Het was eigenlijk allemaal al bekend en hij toverde niks extra uit de hoed.

Zo levert Singapore vanaf november gedurende een half jaar twintig mensen voor het ziekenhuis op Kamp Holland. Eerder was al gezegd dat dit twee chirurgische teams zijn.

Australië draagt in die periode bij met een chirurgisch team van tien man.

Er was al bekendgemaakt dat ze in geval van nood ook burgers uit Uruzgan kunnen verzorgen. Gezien het groeiende aantal slachtoffers in Afghanistan komen ze wel goed van pas.

Slowaakse eenheden nemen vanaf september de bewaking over van Kamp Holland. Het Oost-Europese land levert ook een bijdrage aan een Provincial Reconstruction Team (PRT) en een Operational Monitor Liaison Team (OMLT).

Vooral de Slowaakse bijdrage krijgt veel lof van Defensie, want een OMLT draagt bij om Afghaanse veiligheidsdiensten te trainen en dat draagt weer bij aan de zelfredzaamheid en zelfstandigheid van het Afghaanse leger.

Doordat België vier F-16’s per september stationeert op de militaire luchtmachtbasis van Kandahar kan Nederland twee jachtvliegtuigen uit Afghanistan terughalen. De terugtrekking van de toestellen was al in het besluit van november aangekondigd.

De Belgen zullen trouwens niet eenzelfde mandaat hebben om met hun gevechtsvliegtuigen in actie te komen. Ze zullen behoedzamer op moeten treden dan de Nederlanders dat doen. (F-16’s België krijgen geen gevechtsoperaties in Afghanistan)

Verder wordt er ondersteuning verwacht van Tsjechië en Frankrijk. Maar in ruil voor 60 trainers uit Parijs leverde Van Middelkoop eerder 60 Nederlandse commando’s voor Tsjaad in Afrika waar Frankrijk een Europese missie leidt.

Georgië
Over de troepenbijdrage van Georgië bestaat veel onduidelijkheid. Het land bood eerder aan om honderden soldaten te willen leveren. Hier vroegen leden van de commissie Defensie op door omdat de Georgische bijdrage als de meest substantiële wordt beschouwd.

Van Middelkoop gaf aan dat er nog overleg gaande is tussen zijn mensen en die uit Tblisi over welke vorm de Georgische bijdrage kan krijgen.

Men vroeg zich eerder af of ze wel voor hun eigen voeding en vervoer konden zorgen. Maar het land meldde vorig jaar dat het zelfvoorzienend zou zijn, door de Amerikanen getraind en uitgerust en dat ze zelfs helikopters mee wilden brengen.

Dit viel dus allemaal nog erg tegen en wierp een schaduw over de bijeenkomst.

Maar de eventuele bijdrage van het Oost-Europese land was niet meegenomen in het besluit om de missie in Uruzgan te verlengen, zo stelde Van Middelkoop de commissieleden verschillende keren gerust.

Dat waren de magere resultaten tijdens een Kamer Overleg met een bewindsman die zich ziet geconfronteerd met een missie die niet loopt zoals gepland in Uruzgan en een ISAF-missie van de NAVO die volgens commandanten om duizenden extra troepen vraagt.

Afghanistan
De minister gaf tijdens het overleg in de Kamer aan “dat de goede ontwikkeling van het Afghaanse leger zich doorzet”. Dit leek dan nog enigszins vooruitgang vergeleken met wat erover bekend was.

Afghanistan zelf kan volgens Van Middelkoop “momenteel met meer dan 650 man tegelijkertijd buiten de poort opereren,” zo beweerde hij. “Er zijn momenteel ongeveer 1.600 Afghaanse soldaten aanwezig in de gewelddadige provincie.”

“Bijna alle missies van de Task Force Uruzgan worden samen met de Afghaanse militairen uitgevoerd. Hun bijdrage neemt snel toe,” aldus Van Middelkoop.

Als probleem wordt nog wel het vervoer van de Afghanen beschouwd wanneer ze verlof hebben en bijvoorbeeld naar Kabul gaan. Afghanistan zelf beschikt over erg weinig luchtcapaciteit. Maar dan kan de ISAF worden ingezet om daarvoor te zorgen.

Materieel
Van Middelkoop gaf aan dat er wel enkele behoeften zijn op het gebied van het materieel.

Om de inlichtingenpositie te versterken zet Nederland vanaf september de Sperwer in. Dat zijn onbemande verkenningsvliegtuigjes. Het detachement daarvoor bestaat uit veertig militairen.

Over de vliegtuigjes beschikt Nederland niet zelf, maar ze kunnen worden gebruikt van de bondgenoten. Nederland stelt namelijk op zijn beurt weer gevechtshelikopters en vliegtuigen aan de anderen beschikbaar.

Politie
De Afghaanse politie is nog steeds een zorgenkindje. De minister vertelde: “De ontwikkeling van het korps blijft achter. Er wordt naar 1.500 agenten in Uruzgan gestreefd.”

Daarom moeten vijf Police Mentoring Teams de opbouw ervan in Uruzgan gaan intensiveren. Dat gebeurt met een herschikking van militairen en middelen die al ingezet zijn.

Vorig jaar waren er wel 1.000 hulpagenten opgeleid. Maar 800 daarvan verdwenen er spoorloos met inbegrip van wapen, uniform en identiteitskaart.

ISAF-commando
Het Duits-Nederlandse Legerkorps in Münster levert, op verzoek van de NAVO, vanaf augustus volgend jaar de kern van het ISAF-hoofdkwartier in Kabul, zo maakte de minister tijdens het Algemeen Overleg in de Tweede Kamer eveneens bekend.

Het zal weer een heleboel werk opleveren voor een missie die toch al een groot tekort heeft aan manschappen en materieel.

Nederland heeft momenteel ongeveer 1.650 militairen in Afghanistan gestationeerd. Het grootste deel van de troepen is gelegerd in de gewelddadige provincie Uruzgan in het zuiden van het land.

Sinds Nederland in 2001 deelneemt aan de oorlog in Afghanistan zijn er 16 militairen om het leven gekomen. Ze vonden allen de afgelopen twee jaar de dood sinds de opstand van de Taliban enorm is opgelaaid.